|
Mijn wandkleden worden gemaakt van schapenwol die ik zelf spin, waarna ik deze verf met plantaardige materialen: voornamelijk de grand-teint verfstoffen. De N20 in Maastricht, tekenen [LOI] en het bezig zijn met textiele werkvormen [akte K], gingen vooraf aan mijn keuze voor het weven. Na het weven op meerdere schachten heb ik mij uiteindelijk toegelegd op het weven met twee schachten: het zogenoemde ribsweefsel. Vanuit een schriftelijke opleiding formele kalligrafie en de hieruit ontstane interesse in de vrije vorm ervan, ontwikkelde zich o.a. het ontwerpen van verschillende soorten lettervormen. Liefde voor tribale kunst en het werk van C.G. Jung inspireren mij tot het gebruik van uiteenlopende symbolen: zowel lettervormen als symbolen keren regelmatig terug in de wandkleden en tekeningen. Interesse in abstracte kunst leidde tot het volgen van de online cursus ''Understanding Contemporary Art” naar het boek “Art after Metaphysics” van J.D.Ebert. De oosterse vormen vinden hun oorsprong in het volgen van de taalcursussen “Modern standaard Arabisch” en Marokkaans, die mijn belangstelling wekten voor kunst uit het Midden-Oosten en de schoonheid van Arabische kalligrafie. Dit resulteerde in het volgen van de onlinecursus ''Islamic Arts and Architecture 1250-1800” door Bernard O'Kane. Het maken van de tekeningen vormt een tegenwicht voor het intensieve weefproces: het is een intuïtief bezig zijn met vormen en kleuren: een laag over laag zoeken naar harmonie. Zowel het hele ontstaansproces van mijn wandkleden als het maken van de tekeningen stellen mij in staat mijn ideeën en gevoel op verschillende wijze te uiten. |
|
| José Rondeel Landgraaf |
“We leven slechts om schoonheid te ontdekken. Al het andere is een vorm van afwachten.” Kahlil Gibran 1883-1931 |
|
|
|